IK ben Elsje Fiederelsje. Zoals jullie zien heb ik mijn klompjes aan. Ik ben dol op pannenkoeken.

Ik heet Pietje en ben het vriendinnetje van Elsje Fiederelsje. Zij is wel een stuk ondeugender dan dat ik ben.

O, Hallo. Zal ik mij even voorstellen. Oma, oma Kreukeltje. Zo noemen mijn kleinkinderen mij. Ze vinden dat ik zoveel strepen in mijn gezicht heb. Zo noemen zij mijn rimpels. Die heb ik verdiend. Het zijn mijn trofeeën. Ik ben altijd in de tuin te vinden. Op blote voeten in de prut, Of achter mijn ezel met mijn kwasten en verf bezig. En inderdaad, Ik kan mijzelf niet schoon houden. Op deze rok zit ook alweer verf. Foei toch.

Ik ben dan wel klein maar ik ben er graag bij. Met zijn 17 cm pas ik in het zijvak van de rugtas en kan ik onderweg van alles bekijken. Dat is nog eens een andere manier van reizen.

Vol verbazing kijk ik naar de hemel en zie er van alles vliegen. Vogels, vlinders, insecten. Dat zou ik ook graag willen. Vliegen. Zelf, zonder machine. Dat ga ik proberen. Net zo lang tot het lukt. O ja, ik heet Erik.

In Hoorn, boven de zijdeur van de oosterkerk, kijk ik al eeuwen hoe het leven veranderd. Ooit beschermde ik de stad tegen de pest. Dat deed ik samen met mijn varken. O ja, ik beschermde nog veel meer. Ik had het er maar wat druk mee. Ik ben St antonius. Nu wordt ik nog weleens aangeroepen om een verloren voorwerp terug te vinden.